In de schrijnen worden fragmenten natuur (een takje, een vogelnest, een plak turf) geïsoleerd in profane "tabernakels". De schrijnen zelf zijn betekend of beschilderd, meestal met geabstraheerde texturen, geïnspireerd op het voorwerp dat ze herbergen of op de omgeving waar het werd gevonden. De triptieken bieden een optimale variatie aan ruimtelijkheid. De triptiek kan open en dicht. Zij heeft een binnen en een buiten. De scharnieren maken manipulaties van de stand van de beeldvlakken mogelijk.

Fred van Leeuwen / September 1999


voor de volledige catalogustekst click hier


 
 
 WEBDESIGN david.ausloos@pandora.be